Je voelt je als ouder soms net een politieagent. Continu herhaal je bovenstaande uitspraken en elke dag is het hetzelfde liedje: met veel moeite krijg je je kindje aan tafel en vervolgens vraagt hij elke minuut of hij er weer vanaf mag - als je al het "geluk" hebt dat hij niet zomaar van tafel wegloopt. Dit zorgt niet alleen voor een ongezellige maaltijd, maar het kost jou ook nog eens bakken met energie. Benieuwd hoe je dit het beste aanpakt? Orthopedagoog Loes Waanders geeft je in deze blog 5 tips.
Verwachtingsmanagement
Jonge kinderen hebben vaak een korte spanningsboog. Helemaal aan het einde van de dag: ze zijn moe en daardoor ook vaak sneller afgeleid. Het helpt daarom om te weten hoelang een kind gemiddeld aan tafel kan zitten, zodat je een afspraak kunt maken gebaseerd op wat jouw kind aankan. Een onrealistische verwachting = teleurstelling en dat heeft weer invloed op de sfeer aan tafel en op jouw humeur. Op deze jonge leeftijd mag je verwachten dat je kind ongeveer 15 tot 20 minuten aan tafel kan zitten. Uiteraard is dit afhankelijk van het karakter en de exacte leeftijd van je kind. Duurt de maaltijd langer, dan gaat dat vaak samen met verveling, wat sneller zorgt voor uitdagend gedrag.
Tip 1: rond de maaltijd op tijd af
Probeer ervoor te zorgen om de maaltijd na 20 minuten af te sluiten.
Tip 2: zorg dat alles klaarstaat
Dit klinkt als een open deur, maar je herkent het misschien wel: je hebt jouw kinderen net aan tafel geïnstalleerd en moet vervolgens nog even de tv uitdoen, de borden pakken en het eten op tafel zetten. Voordat je het weet, ben je alweer 5 minuten verder. Deze tijd gaat dus al van de 15-20 minuten aan concentratie af én daarnaast vergroot je de kans op verveling. Kortom: ga pas aan tafel als alles klaarstaat. Zo kun je direct eten en voorkom je onnodig waarschuwen nog voor de maaltijd begint.
Tip 3: maak afspraken visueel
Jonge kinderen beschikken over onvoldoende tijdsbesef. Een zin als: “nog even blijven zitten, we zijn bijna klaar” is te vaag… want wat is ‘bijna’? Wij weten hoelang dit is, maar jonge kinderen hebben geen idee. Daarnaast kunnen slechts een paar minuten voor jonge kinderen aanvoelen als een eeuwigheid. Om continu herhalen te voorkomen, kun je het duidelijker maken door de tijd te visualiseren, zodat je kind zelf kan ‘zien’ wanneer het zover is.
Bijvoorbeeld: “als iedereen zijn bord leeg heeft, dan sluiten we samen af en mag je van tafel”. Jonge kinderen kunnen dan wel niet klokkijken, maar wel zien of het bord al leeg is! Bij de vraag: “mag ik van tafel?” kun je hem vervolgens teruggeven aan jouw kind.... “Wat denk je, kijk eens rond, hoever zijn we?”. Ook kun je werken met een timer zodat jouw kind kan zien hoelang de maaltijd nog duurt.
Tip 4: praat in termen van ‘wat wél’
We zijn heel snel geneigd om te zeggen wat we niet willen zien: “niet doen”, “stop daar eens mee” en “we gaan nog niet van tafel”. Hierdoor vergeten we wat we wél willen zien. We gaan er onbewust vanuit dat ons kind vanzelf begrijpt wat hij wel moet doen. Dat is niet zo. Continu horen wat je niet moet doen is het effect van de roze olifant (denk niet aan de roze olifant… en wat gebeurt er…? Juist).
Alles wat aandacht krijgt groeit, dus ook gedrag wat je liever niet wilt zien aan tafel. Het (jonge) kinderbrein heeft hier echt herhaling en hulp bij nodig. Benoem het daarom in termen van wat je wél wilt zien: “tijdens het eten zitten we op onze stoel aan tafel”. Dit levert niet alleen meer duidelijkheid op voor je kind (hij begrijpt wat er wél van hem wordt verwacht), het zorgt ook voor meer gezelligheid aan tafel én je praat automatisch meer in positieve termen (i.p.v. wat niet -> wat wél), wat jou ook gelijk weer meer energie oplevert!
Tip 5: wissel de manier van herinneren af
Jonge kinderen hebben die hulp en herhaling ook nodig als het gaat om tafelafspraken. Dat is een gegeven. Maar na een drukke werkdag heb je soms ook even géén zin om continu te waarschuwen. Kijk daarom eens of je de blijf-aan-tafel-zitten-reminders kunt afwisselen. Hier drie alternatieven:
- Wijs naar de stoel in plaats van te vragen of je kind blijft zitten.
- Teken heel simpel (hier hoef je heus geen kunstenaar voor te zijn) de stappen van het eten op een papier (bijvoorbeeld: tafel dekken, aan tafel gaan zitten, tijdens het eten zit je op je stoel, samen eten, maaltijd afronden en tv-kijken). Bij vragen, wijs je enkel naar het papier.
- Bij wat oudere kinderen kun je een codewoord afspreken wat hen helpt herinneren aan de afspraak van het blijven zitten (bijvoorbeeld: supersecondelijm). Het liefst bedacht door jouw kind zelf!
En tot slot…
Herinner jezelf eraan dat ook andere ouders met dit probleem worstelen. Dit kan er in ieder geval bij jezelf al voor zorgen dat jouw frustraties (tijdelijk) even iets dalen. Gedeelde smart = halve smart.